4. Financiële positie

Onderdelen van de financiële positie die worden toegelicht:

  • Overzicht van baten en lasten
  • Geprognosticeerde balans
  • Algemene risicoreserve
  • Staat van reserves en voorzieningen
  • Incidentele baten en lasten

 

4.1. Overzicht van baten en lasten

 

Omschrijving (bedragen x € 1.000) Realisatie 2017  Begroting 2018  Begroting 2019  Begroting 2020  Begroting 2021  Begroting 2022 
Lasten             
Programma Sociaal    30.774  32.079  31.785  31.750  31.737  31.898
Programma Fysiek  11.889 14.296 18.203 13.231 13.352 13.901
Programma Bestuur & Dienstverlening  3.584 4.534 4.521 4.269 4.320 4.393
Algemene dekkingsmiddelen  1.055 681 731 711 727 734
Onvoorzien   37 422 456 376 393 265
Overhead   5.460 5.997 6.914 7.117 7.220 7.250
Vennootschapsbelasting   53 30 31 31 32 32
 Totaal Lasten  52.852 58.040 62.641 57.485 57.781 58.475
             
Baten            
Programma Sociaal 7.211 7.891 7.800 7.697 7.696 7.748
Programma Fysiek 9.701 9.420 12.822 7.805 7.818 7.748
Programma Bestuur & Dienstverlening  660 518 406 262 271 277
Algemene dekkingsmiddelen  39.910 38.389 40.294 41.120 42.079 42.972
Onvoorzien 22 0 0 0 0 0
Overhead  0 199 186 192 194 197
Totaal Baten  57.504 56.416 61.508 57.076 58.058 58.942
Saldo Lasten en Baten 4.652 -1.624 1.133 -409 277 468
             
Stortingen in reserves            
Programma Fysiek 440 -264 85 341 64 0
Programma Bestuur & Dienstverlening 2.997 448 13 13 13 13
Totaal Stortingen in reserves  3.437 184 97 354 77 13
             
Onttrekkingen uit reserves            
Programma Sociaal 592 906 222 193 170 170
Programma Fysiek 1.593 195 35 35 35 35
Programma Bestuur & Dienstverlening  360 424 207 509 234 169
Totaal Onttrekkingen uit reserves  2.545 1.525 463 736 439 374
Saldo mutaties reserves -892 1.341 366 382 362 361
             
Saldo resultaat  3.760 -283 -767 27 640 829
Bestemming resultaat  -3.760 283 767 -27 -640 -829
Totaal 0 0 0 0 0 0

 

Toelichting

Toelichting

In bovenstaand overzicht zijn conform de voorschriften in de BBV de algemene uitkering, de overhead, de verwachte lasten in het kader van de vennootschapsbelastingplicht en de post onvoorzien separaat opgenomen. Hieronder is per onderwerp een verklaring opgenomen.

Voor een toelichting op de mutaties vanaf de Voorjaarsnota 2019 verwijzen wij u naar Hoofdstuk 1. 

Een specifieke toelichting per programma, gespecificeerd naar taakveld, vindt u terug in Hoofdstuk 2 bij de onderdelen 'Wat mag het kosten'. 

Algemene dekkingsmiddelen
De belangrijkste component binnen de algemene dekkingsmiddelen is de algemene uitkering uit het Gemeentefonds.

Onder de algemene uitkering zijn de bedragen opgenomen waarvan wordt verwacht dat we deze voor de jaren 2019 tot en met 2022 van het rijk ontvangen (Algemene uitkering uit het gemeentefonds). Meestal driemaal per jaar (mei, september en december) informeert het rijk ons over de ontwikkelingen rond het Gemeentefonds. De basis voor de opgenomen bedragen in de begroting 2019 is de stand van de algemene uitkering bij de ‘meicirculaire’. In deze circulaire is ingegaan op de meest recente ontwikkelingen rondom de totale uitkering maar ook op zaken die zich voordoen op het terrein van de aan gemeenten opgedragen (specifieke) taken, bijvoorbeeld het Sociaal Domein. De hieruit voortkomende taakmutaties zijn door vertaald naar de budgetten die hiermee samenhangen.

De mutatie voortkomend uit de septembercirculaire, die ten tijde van het opmaken van de begroting 2019 nog niet verschenen was, verwerken we bij de Voorjaarsnota 2020 en in de begroting 2020. 

Overhead

Jaar 2019 2020 2021 2022
Totaal aan overhead 6.728 6.925 7.026 7.052

Voor meer informatie over de wijze waarop wordt omgegaan met overhead wordt verwezen naar de Programmabegroting 2017. Bij de actualisering van de Financiële verordening, die in de vergadering van 13 maart 2018 door de raad is vastgesteld, hebben we deze werkwijze verder onder de loep genomen. 

Voor het jaar 2019 is het percentage overhead ten opzichte van de totale begroting 10,7%.

Onvoorzien
Voor de kosten van voormalig en boventallig personeel is een bedrag in de begroting geraamd. Daarnaast is er conform de Kadernota een bedrag van € 60.000 bestemd voor onvoorziene tegenvallers. Tot slot zijn er nog enkele onverdeelde kosten die het budget onvoorzien iets lager maken. 

(Vpb)
Op basis van een verkennende analyse blijkt dat het grondbedrijf Losser Vpb plichtig zal worden. De indicatie van de totale Vpb last is ongewijzigd en is circa € 300.000. Afhankelijk van de werkelijke realisatie moet de Vpb worden gespreid over de looptijd van de grondexploitaties (10 jaar). Meerjarig wordt daarom voor de af te dragen Vpb een bedrag van afgerond € 30.000 per jaar geraamd.

4.2. Geprognosticeerde balans

Geprognosticeerde balans 2019-2022

Bedragen x 1.000 per 1/1

Balanspost

2018

2019

2020

2021

2022

2023

Activa

 

 

 

 

 

 

Immateriele vaste activa

1

1

1

1

1

1

Materiele vaste activa

47.247

48.634

49.672

50.949

52.193

53.261

Financiele vaste activa

5.489

5.209

5.177

5.145

5.111

5.080

Totaal Vaste activa

52.737

53.845

54.851

56.095

57.305

58.342

 

 

 

 

 

 

 

Voorraden

1.409

-280

-2.940

-2.803

-3.265

-3.865

Vorderingen (uitzettingen)

5.035

5.030

5.030

5.030

5.030

5.030

Liquide middelen

284

6.670

6.704

4.729

4.389

2.486

Overlopende activa

2.379

891

891

891

891

891

Totaal Vlottende activa

9.107

12.310

9.685

7.847

7.045

4.542

 

 

 

 

 

 

 

Totaal Activa

61.844

66.155

64.536

63.942

64.350

62.884

 

 

 

 

 

 

 

Passiva

2018

2019

2020

2021

2022

2023

Eigen vermogen

21.577

19.953

18.821

18.411

18.689

19.156

Voorzieningen

6.267

6.981

7.297

7.580

7.977

8.556

Vaste schulden

24.051

27.575

26.772

26.305

26.038

23.526

Totaal Vaste passiva

51.895

54.509

52.890

52.296

52.704

51.238

 

 

 

 

 

 

 

Vlottende Schulden

4.637

8.649

8.649

8.649

8.649

8.649

Overlopende passiva

5.312

2.997

2.997

2.997

2.997

2.997

Totaal Vlottende passiva

9.949

11.646

11.646

11.646

11.646

11.646

 

 

 

 

 

 

 

Totaal Passiva

61.844

66.155

64.536

63.942

64.350

62.884

Toelichting

Activa

Immateriële vaste activa
Mutaties op begrotingsniveau worden niet geraamd. Alleen het begrote verloop is zichtbaar gemaakt. De balans uit het jaarverslag 2017 is als uitgangspunt genomen. Daarop worden de begrote afschrijvingen in mindering gebracht.

Materiële vaste activa
Ook hier is als basis genomen de balans uit het jaarverslag 2017. Voorts is voor 2018 uitgegaan van investeringen in en voor de jaren daarna van € 3 miljoen euro per jaar. Dit bedrag is gebaseerd op de gemiddelde investeringen van de jaren 2012- 2017.

De verschillen in de voorgenomen investeringen worden veroorzaakt door de inbreng van de restant kredieten die in het verleden zijn verleend (onder andere riolering).

Voor het verloop van het EMU saldo wordt voorts vermeld dat het verloop van de boekwaarde (x € 1.000) als volgt valt weer te geven:

Boekwaarde per 1-1-2018

47.247

Afschrijving

-1.963

Voorgenomen investeringen

3.350

Boekwaarde per 1-1-2019

48.634

Afschrijving

-1.961

Voorgenomen investeringen

3.000

Boekwaarde per 1-1-2020

49.672

Afschrijving

-1.723

Voorgenomen investeringen

3.000

Boekwaarde per 1-1-2021

50.949

Afschrijving

-1.756

Voorgenomen investeringen

3.000

Boekwaarde per 1-1-2022

52.193

Afschrijving

-1.931

Voorgenomen investeringen

3.000

Boekwaarde per 1-1-2023

53.261

 

Financiële vaste activa

Deze post bestaat uit 3 onderdelen, te weten

  • Deelnemingen
  • Gemeenschappelijke regelingen
  • Overige langlopende geldleningen

Er worden weinig mutaties verwacht ten aanzien van de aandelen. Om deze reden is het gemiddelde van de laatste vijf jaren opgenomen. Dit geldt ook voor de gemeenschappelijke regelingen. Voor de leningen is van de gemiddelde daling van de laatste vijf jaren uitgegaan.

Voorraden
Op basis van de geactualiseerde bouwgrondexploitaties is de voorraad gronden in beeld gebracht. Door de verwachte verkoop van gronden in met name de Saller ontstaan op termijn negatieve boekwaardes (diverse complexen sluiten winstgevend).

Het verloop kan als volgt worden weergegeven (x € 1.000):

Boekwaarde 1-1-2018

1.409

Overige grond- en hulpstoffen

-12

Lasten

2.154

Opbrengst verkopen

3.831

Boekwaarde 1-1-2019

-280

Lasten

3.222

Opbrengst verkopen

5.881

Boekwaarde 1-1-2020

-2.940

Lasten

1.212

Opbrengst verkopen

1.075

Boekwaarde 1-1-2021

-2.803

Lasten

720

Opbrengst verkopen

1.182

Boekwaarde 1-1-2022

-3.265

Lasten

340

Opbrengst verkopen

939

Boekwaarde 1-1-2023

-3.865

Vorderingen

Bij de Vorderingen is uitgegaan van het gemiddelde van de balansen 2011 - 2017.

Liquide middelen
Liquide middelen is gebruikt als sluitpost, om activa- en passivazijde aan elkaar gelijk te maken.

Overlopende activa
Bij Overlopende activa is het gemiddelde genomen van de balansen 2011 - 2017.

Passiva

Eigen vermogen
Het verloop van de balanspost Eigen vermogen is, conform de mutaties zoals die in de financiële administratie opgenomen zijn, verwerkt. Deze mutaties zijn conform de eerder door de gemeenteraad genomen besluiten.

Voorzieningen
Het verloop van de post voorzieningen is conform de huidige besluitvorming geraamd en betreft het verloop van de voorziening pensioenen wethouders, riolering en reiniging.

Vaste schulden
De prognose met betrekking tot deze post is ontleend aan de leningenadministratie. Voorts is rekening gehouden met de herfinanciering, de kasgeldnorm van 8,5% van de begrotingsomvang en de verwachte investeringen voor de komende jaren. De verwachte investeringen zijn gebaseerd op de onder materiële vast activa aangegeven specifieke investeringen en de gemiddelden van de laatste jaren (€ 3 miljoen). Doordat veel investeringen nog niet zijn afgerond en hiervoor nog niet in de vaste financiering is voorzien, treedt hierdoor op begrotingsbasis een inhaaleffect op.

Vlottende schulden
Bij Vlottende schulden is het gemiddelde genomen van de balansen 2011 - 2017.

Overlopende passiva
Bij Overlopende passiva is het gemiddelde genomen van de balansen 2011 - 2017.

Berekening EMU-saldo

In het verdrag van Maastricht is afgesproken dat het EMU-tekort van een aangesloten land
maximaal 3% van het Bruto Binnenlands Product (BBP) mag bedragen. Het EMU-tekort wordt
bepaald door een gezamenlijk tekort van het Rijk, lokale overheden en sociale fondsen.
Gemeenten dienen in de begroting een raming van het eigen EMU-saldo op te nemen. De
Nederlandse gemeenten mogen gezamenlijk maximaal 0,38% van het tekort veroorzaken. Dit is
vastgelegd in de wet Houdbare overheidsfinanciën. De totale norm wordt verdeeld in
referentiewaarden over alle gemeenten.

 

 

 

2018

2019

2020

2021

2022

2023

 

Omschrijving

Volgens realisatie 2018

Volgens begroting 2019

Volgens begroting 2019

Volgens begroting 2019

Volgens begroting 2019

Volgens begroting 2019

1

Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c)

1.624

1.133

409

-277

-468

-468

2

Afschrijvingen ten laste van de exploitatie

2.124

1.961

2.219

2.282

2.518

2.518

3

Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie

-713

-393

-678

-660

-647

-647

4

Investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd

3.350

3.000

3.000

3.000

3.000

3.000

5

Baten uit bijdragen van andere overheden, de Europese Unie en overigen, die niet op de exploitatie zijn verantwoord en niet al in mindering zijn gebracht bij post 4

0

0

0

0

0

0

6

Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa:

 

 

 

 

 

 

 

Baten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs), voor zover niet op exploitatie verantwoord

0

0

0

0

0

0

7

Aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d. (alleen transacties met derden die niet op de exploitatie staan)

2.154

3.222

1.212

720

340

340

8

Baten bouwgrondexploitatie:

 

 

 

 

 

 

 

Baten voorzover transacties niet op exploitatie verantwoord

3.831

5.881

1.075

1.182

939

939

9

Lasten op balanspost Voorzieningen voorzover deze transacties met derden betreffen

0

0

0

0

0

0

10

Lasten ivm transacties met derden, die niet via de onder post 1 genoemde exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves (inclusief fondsen en dergelijke) worden gebracht en die nog niet vallen onder één van bovenstaande posten

0

 0

0

11

Verkoop van effecten:

0

0

0

0

0

0

a

Gaat u effecten verkopen? (ja/nee)

Nee

Nee

Nee

Nee

Nee

Nee

b

Zo ja wat is bij verkoop de verwachte boekwinst op de exploitatie?

 

 

0

0

0

0

0

0

 

Berekend EMU-saldo

2.078

2.361

-1.187

-1.193

-998

-998

4.3. Algemene risicoreserve

Algemene risicoreserve

2018

2019

2020

2021

2022

Totaal algemene reserve

7.534

9.253

8.398

8.238

8.744

 waarvan Reserve Kulturhus

-112

-100

-98

-98

-98

 

 

 

 

 

 

Stortingen

 

 

 

 

 

1. Resultaat begroting voorgaande jaren

-220

220

279

614

515

2. Resultaatbestemming 2017

2.380

0

0

0

0

3. Amendementen PB 2018

 

35

-35

-35

-35

Totaal stortingen

2.160

255

245

579

480

 

 

 

 

 

 

Onttrekkingen

 

 

 

 

 

3. Bijdrage dekking riool 

328

0

0

0

0

4. Duurzaamheid

24

24

0

0

0

5. Bijdrage tekort Kulturhus

112

100

98

98

98

6. Onttrekking t.b.v. subsidieplan

45

0

0

0

0

Totaal onttrekkingen

508

124

98

98

98

 

 

 

 

 

 

Stand ultimo jaar

9.185

9.383

8.544

8.719

9.126

Resultaat kadernota 2019-2022

67

-1.612

-801

-7

415

Resultaat progr. begr. 2019-2022 

0

626

495

33

-101

Stand na verwerking resultaat PB 2019-2022 

9.253

8.398

8.238

8.744

9.440

4.4. Staat van reserves en voorzieningen

Reserves

Omschrijving  Stand 31-12-2018Rente-toevoe-gingen 2019Stortin-gen 2019Onttrek-kingen 2019Eind-stand 2019Eind-stand 2020Eind-stand 2021Eind-stand 2022
Fysiek
Afboeking grondBR250000250250250250
DuurzaamheidBR500000500500500500
Herinrichten BeuningenBR4000040404040
Reserve aanschaf SquidBR7000070707070
Reserve Dorpsvisies 2008BR50005555
Reserve Gebouwen MOPBR723000723723723723
Reserve GrondexploitaiteBR1.0000001.0001.0001.0001.000
Reserve omgevingswetBR312000312312312312
Reserve Onderhoud WegenBR1.5950001.5951.5951.5951.595
Reserve Verv. Lampen OVBR25012038506275
Reserve VitaliseringLandelijk gebiedBR00000000
Totaal  Fysiek4.52101204.5334.5464.5584.571
Sociaal
Applicatie sociaal domeinBR300000300300300300
FrictiekostenBR387000387387387387
Fundamentgelden muziekonderwijsBR72005023000
Gezond in de stadBR6600066666666
Privatisering Buitensportaccom.BR2100021212121
Reserve impuls brede school 2009BR177000177177177177
Reserve Kulturhus OverdinkelBR130000130130130130
Reserve MOP onderwijs.'10BR6800068686868
Reserve NASB '08+'09BR5800058585858
Sociaal domeinBR839000839839839839
Totaal  Sociaal2.11800502.0682.0452.0452.045
Dienstverlening
Aansluiting BRP-digitale dienstverleBR438008835026317588
Algemene reserveAlg9.25301.3122.1678.3988.2398.7449.439
Individueel LoopbaanbudgetBR4000040404040
Invest BijdragenBR3.356001533.2043.0512.8982.746
Reserve conjunctuur/frictiefondsBR149000149149149149
Reserve Organisatie ontwikkelingenBR3800038383838
Reserve ReferendaBR4000040404040
Totaal  Dienstverlening13.31501.3122.40712.22011.82012.08512.541
Totaal - Generaal19.95301.3242.45718.82118.41118.68919.156

Toelichting

In de stand 31-12-2018 zijn de werkelijke stortingen en onttrekkingen van 2018 niet meegenomen.
Voor de mutaties in 2019 wordt verwezen naar de toelichting van het desbetreffende programma in hoofdstuk 2.

Programma Fysiek

Reserve afboeking grond
Losser heeft samen met de regiogemeenten verder gewerkt aan het bieden van inzicht in de gevolgen van de over programmering woningbouw. Naar verwachting is een substantieel deel van de programmering hard. Omdat de mogelijkheid bestond dat besluitvorming over de Woonvisie een nadelige invloed had op het weerstandsvermogen, is om die reden besloten om een bedrag van € 750.000 uit het jaarrekening resultaat 2015 te bestemmen. Van dit bedrag is in de jaarrekening 2017 € 500.000 vrijgevallen zodat in deze reserve nog € 250.000.

Reserve duurzaamheid
De raad heeft op 13 november 2017 de motie aangenomen om een reserve Duurzaamheidsfonds te vormen en een storting van € 500.000 te doen.

Reserve herinrichting Beuningen
De raad heeft op 13 november 2017 de motie aangenomen om voor dit doel een bedrag van € 40.000 op te nemen bij de bestemming het jaarrekeningresultaat 2017.

 

Reserve aanschaf Squid
Het beschikbare budget voor de aanschaf van Squid is in 2016 overgeheveld naar 2017. De aanschaf heeft echter ook niet in 2017 plaatsgevonden en voor het beschikbare budget is daarom een aparte reserve gevormd, en opgenomen in de Jaarrekening 2017. 

Reserve dorpsvisies 2008
Op 30 juni 2009 heeft de gemeenteraad bij bestemming van het jaarresultaat 2008 besloten tot het instellen van deze bestemmingsreserve à € 128.000. De leefbaarheid van de kerkdorpen en burgerparticipatie zijn speerpunten uit het collegeprogramma. Hiertoe zijn samen met burgers dorpsvisies opgesteld en is door de raad middels amendement bij de voorjaarsnota op 24 juni 2008 budget voor de uitvoering beschikbaar gesteld. Op de resterende gelden ligt nog geen beslag. 

Reserve M.O.P. gebouwen
Op 20 december 2011 heeft de gemeenteraad op basis van de najaarsnota besloten tot het instellen van een reserve voor de M.O.P. gebouwen, inclusief de gebouwen van het onderwijs. Dit omdat het M.O.P. meerjarig is onderbouwd en planmatig wordt weggezet. De reserve valt onder twee programma's. Eventuele tekorten en overschotten worden aan het einde van het jaar met de reserve verrekend. 

Reserve grondexploitatie
De grondexploitatie is een vrij risicovolle activiteit. Om deze risico’s op te kunnen vangen, zonder de algemene risicoreserve aan te moeten spreken, is in 2007 door uw raad besloten een reserve grondexploitatie te vormen. Hierbij is bepaald dat indien het jaarresultaat van de overige gemeentelijke activiteiten een negatief saldo vertoont, dit eerst wordt aangevuld. Het meerdere wordt voor 50% bestemd voor de algemene reserve en de andere 50% voor de reserve grondexploitatie. In geval van een tekort op de grondexploitatie wordt dit eerst ten laste van deze reserve gebracht, een eventueel resterend tekort komt ten laste van de algemene middelen. Met de resultaatbestemming uit de jaarrekening 2017 is de stand inmiddels gekomen op het door de raad gestelde maximum van € 1 mln.

Reserve omgevingswet
Bij de Bestuursrapportage 2016 is besloten om € 200.000 uit het resultaat te reserveren voor de implementatie van de omgevingswet. Hieraan wordt incidenteel in 2017 en 2018 het resterende budget voor de omgevingswet toegevoegd.

Reserve onderhoud wegen
Tijdens de bezuinigingsoperatie in mei 2009 is besloten, dat de jaarbudgetten van onderhoud wegen volledig voor dit doel kunnen worden aangewend. Dat betekent dat een overschot via deze reserve beschikbaar blijft en tekorten hieruit onttrokken kunnen worden. Dit zorgt ervoor dat bij doorgeschoven werkzaamheden of onvoorziene uitgaven geen problemen ontstaan bij de financiering. Inzet van deze reserve vindt plaats via het MIP (Integraal Meerjaren Investerings- en Onderhoudsprogramma voor de Openbare Ruimte).

Reserve vervanging lampen Openbare Verlichting
Deze reserve is bedoeld voor de 4-jaarlijkse vervanging van de lampen van de openbare verlichting. Jaarlijks wordt een bedrag van € 12.500 gereserveerd. Het maximum saldo van de reserve is bepaald op € 50.000. In 2017 is in de begroting voor een bedrag van € 50.000 rekening gehouden met de vervanging.

Reserve vitalisering landelijk gebied
Op 30 juni 2009 heeft de gemeenteraad bij bestemming van het jaarresultaat 2008 besloten tot het instellen van deze bestemmingsreserve. Het betrof cofinancieringsmiddelen ten behoeve van Vitalisering Landelijk Gebied. Tot en met 2013 is dit ingezet voor het PmjP. De subsidieperiode liep tot 31 december 2013. Het restant van de cofinanciering was nog nodig voor de cofinanciering van het infopunt Poort Bulten bij het Arboretum in 2017. In de Jaarrekening 2017 is het resterend saldo van deze reserve in het resultaat vrijgevallen. Het structurele budget is op dit moment toereikend.

Programma Sociaal

Reserve applicatie Sociaal domein
Het is belangrijk dat binnen het sociaal domein op een integrale wijze kan worden gewerkt. De applicatie van Centric faciliteert deze wijze van werken, onder andere doordat een integraal klantbeeld leesbaar is. Implementatie van de applicatie leidt tot betere dienstverlening.

Reserve frictiekosten
Op het onderdeel 'Sociaal domein', specifiek de drie decentralisaties, is in 2015 een voordelig resultaat geboekt. Bij de implementatie en uitvoering van de nieuwe taken in het Sociaal Domein, wordt gaandeweg duidelijk dat het naar alle waarschijnlijkheid niet voor alle medewerkers haalbaar is om aan de daarbij behorende eisen (kennis en vaardigheden) te voldoen. Dit leidt tot frictiekosten waarvoor een bedrag van € 500.000 bij de jaarrekening 2015 is gereserveerd. Een deel van dit geld is in 2017 besteed en wordt ook de komende jaren voor dit doel ingezet.. 

Reserve fundamentgelden muziekonderwijs
Bij de resultaatbestemming van 2017 is besloten de te veel betaalde gelden over de jaren 2014 en 2015 van de stichting Fundament die zijn terggevorderd te bestemmen. Deze middelen zijn nodig om de komende twee jaar (2017 en 2018) tekorten op het muziekonderwijs te compenseren. Daarnaast vindt een tegemoetkoming in de kostenstijging plaats. 

Reserve Gezond in de stad
De gemeente Losser heeft via de decentralisatie-uitkering GIDS (Gezond In De Stad) middelen ontvangen voor de (periode 2015-2017 om de aanpak van gezondheidsachterstanden verder vorm te geven. Bij de resultaatbestemming 2015 is besloten het ontvangen bedrag 2015 te reserveren.

Reserve privatisering buitensportaccommodaties
De gemeenteraad heeft op 10 juli 2012 besloten bij bestemming van het jaarresultaat 2011 tot het instellen van deze reserve. Kosten die betrekking hebben op de privatisering van de buitensportaccommodaties kunnen met deze reserve verrekend worden.  

Reserve impuls brede school 2009
In maart 2009 is een meerjarig convenant met het rijk gesloten om deel te nemen aan de impuls om combinatiefuncties mogelijk te maken. De doelstelling van het rijk hiermee is om tenminste 2.500 combinatiefuncties te realiseren. Een combinatiefunctie is een functie waarbij een werknemer in dienst is bij 1 werkgever maar werkzaam is voor twee of meer sectoren. Losser heeft gekozen voor een samenwerking tussen onderwijs, sport en/of cultuur. Via de algemene uitkering ontvangen we budget voor 3,9 FTE. Het niet gebruikte budget wordt in de reserve gestort en eventuele tekorten worden uit de reserve gedekt.

Reserve bouw Kulturhus Overdinkel
Op 19 maart 2013 heeft de raad de nieuwe uitgangspunten voor deze beschikbare reserve gesteld. De beschikbare € 400.000 is beschikbaar voor de inrichting van de openbare ruimte in relatie tot het Kulturhus Overdinkel. In 2016 zijn daarom de kosten voor de realisatie van het centrumplein Overdinkel verrekend met deze reserve. In de reserve blijft € 130.000 beschikbaar voor onderhoud de komende vijftien jaar.

Reserve M.O.P. onderwijs '10
Zie onderbouwing ‘Reserve M.O.P. gebouwen’.

Reserve Nationaal Actieplan Sport en Bewegen (NASB)
De gemeente heeft gedurende de periode 2008 - 2012 hiervoor middelen ontvangen via de algemene uitkering. Met de Vereniging Sport en Gemeenten is een convenant gesloten voor de uitvoer van diverse beweeginterventies. De budgetten hiervoor zijn in de begroting opgenomen. Met toestemming van de Vereniging Sport en Gemeenten wordt het restant van deze reserve uitgegeven in de jaren 2015-2017 omdat de provincie begin 2013 in het kader van de € 1.- regeling € 45.000 subsidie heeft verleend voor sport- en beweegactiviteiten. Het verschil budget en realisatie wordt aan het eind van het jaar verrekend met de reserve. 

Reserve sociaal domein
Op het onderdeel 'Sociaal domein', specifiek de drie decentralisaties, is in 2015 een voordelig resultaat geboekt. Vanwege de onzekerheid die bestaat over de ontwikkeling van de uitgaven en inkomsten binnen het 'Sociaal domein', is besloten om € 1.000.000 te bestemmen voor de vorming van een reserve 'Sociaal domein'. De kosten van pilots in het Sociaal domein worden ten laste van deze reserve gebracht.

Programma Dienstverlening

Reserve aansluiting BRP-digitale dienstverlening
Bij de resultaatbestemming van 2017 is besloten een reserve in te stellen ter dekking van de kosten voor de aansluiting bij de
 applicatie iBurgerzaken. Het bedrag van € 438.000 is bestemd voor de aanschaf van de applicatie en de te maken projectkosten en de kosten voor het trainen van de medewerkers. Daarnaast wordt de digitale dienstverlening richting Losserse burgers uitgebreid en de aansluiting met de BRP gerealiseerd.

Algemene reserve
De algemene reserves zijn alle reserves, niet zijnde bestemmingsreserves, die zijn bedoeld als buffer (weerstandscapaciteit) voor het opvangen van financiële tegenvallers. Voorbeelden hiervan zijn een tekort op de jaarrekening en niet voorzienbare risico's. Een toelichting op de algemene reserve is hierboven opgenomen. 

Reserve Individueel Loopbaanbudget
Gelet op de overschrijding in het afgelopen jaar en de verwachting dat de noodzaak voor opleidingen de komende jaren groot is, is het noodzakelijk hiervoor gelden beschikbaar te hebben. Daarvoor is deze reserve gevormd. De hogere kosten die verwacht worden vinden hun oorsprong onder andere in de drie decentralisaties, Expeditie Losser en veranderende wet- en regelgeving zoals de Omgevingswet die aanstaande is. 

Egalisatiereserve investeringsbijdragen
Op grond van BBV 2004 mochten bijdragen uit eigen reserves in investeringen met een economisch nut niet in mindering worden gebracht op de boekwaarde van de investeringen. Hier is sprake van een zogenaamde bruto verantwoording. In de praktijk houdt dat in, dat (een deel van) de jaarlijkse afschrijvings- en rentekosten gedekt wordt door jaar een stukje van deze reserve voor dat doel in te zetten. De jaarlijkse vrijval van deze reserve vindt plaats op basis van de afschrijvingstermijn van het betreffende activum. Hierbij wordt ook rekening gehouden met rente, zodat een en ander hetzelfde effect heeft als een netto verantwoording, zij het dat de vrijval op grond van de regelgeving niet geschiedt via het betreffende product (functie), maar via mutatie reserves en op deze wijze dus via de bestemmingen. Inzet van deze reserve wordt ook aangemerkt als structurele dekking.

Reserve conjunctuur/frictiefonds
Op 12 mei 2009 heeft de raad bij het vaststellen van de bezuiniging besloten tot het instellen van een conjunctuur-/frictiefonds in 2010 van € 1.000.000. Deze is bedoeld voor het opvangen van tijdelijke, conjuncturele tegenvallers, waarbij te denken valt aan bijvoorbeeld niet door het rijk gecompenseerde uitkeringsgelden en teruglopende leges. Tevens bedoeld voor opvang frictiekosten in de vorm van eenmalige personele effecten als uitvloeisel van de organisatorische aanpassingen. Ook de samenwerking met Enschede en het GBT en de daaruit voortvloeiende frictiekosten vallen hieronder. 

Reserve Organisatie ontwikkelingen
Deze reserve is bedoeld voor dekking van risico's voortvloeiende uit mogelijk verplichtingen en kosten als gevolg van het organisatie ontwikkel traject. Door omstandigheden zijn er zaken door geschoven naar 2017. In 2017 zal het resterende budget waarschijnlijk worden uitgegeven.

Reserve referenda
Bij de Bestuursrapportage 2016 is besloten € 40.000 apart te zetten voor de organisatie van referenda.

Voorzieningen

Bedragen * 1000 EuroStand  31-12-2018Bestedingen 2019Stortingen 2019Eindstand 2019Eindstand 2020Eindstand 2021Eindstand 2022
Fysiek
Voorz. Reiniging73823163570562552533
Voorz. Riolering2.4822903462.5382.5572.6923.018
Totaal  Fysiek3.2205214103.1083.1193.2453.552
Sociaal
Herstructurer.Ontmanteling Top Craft38200382382382382
Totaal  Sociaal38200382382382382
Dienstverlening
Voorz. pensioenen wethouders3.32002653.5853.8574.1284.400
Voorz. uitstroom personeel590059595959
Totaal  Dienstverlening3.37902653.6433.9154.1874.459
Totaal6.9815216757.1347.4177.8148.393

Toelichting

In de stand 31-12-2018 zijn de werkelijke stortingen en ontrekkingen van 2018 niet meegenomen.
Voor de mutaties in 2019 wordt verwezen naar de toelichting van het desbetreffende programma in hoofdstuk 2.

Fysiek

Voorziening Reiniging 
Het saldo van deze voorziening is de afgelopen jaren in de tarieven verwerkt. Op deze wijze worden behoudens (autonome) kostenstijgingen, onregelmatige schommelingen in de tarieven beperkt. De afspraak is om deze voormalige reserve af te bouwen naar maximaal € 500.000, waarbij tevens rekening gehouden moet worden met de jaarlijkse storting vanaf 2018 van € 35.000 voor toekomstige vervanging van de ondergrondse containers. De huidige stand van de voorziening is ruim € 700.000. Per eind 2019 is de voorziening naar verwachting op het gewenste minimum van € 570.000 (inclusief twee jaar reservering vervanging ondergrondse containers). 

Voorziening Riolering
De hoogte van het rioolrecht is gebaseerd op het kostendekkingsplan dat onderdeel is van het vernieuwde Gemeentelijke Rioleringsplan (vGRP) dat in maart 2018 is vastgesteld. De hoogte van de (noodzakelijke) voorziening is betrokken bij de samenstelling van dit vGRP.

Sociaal

Herstructurering.Ontmanteling Top Craft 
Op basis van de notitie "Mensenwerk" hebben de drie deelnemende gemeenteraden in december 2011 besloten om de huidige uitvoeringsstructuur van zowel Gr-Wot als het uitvoeringsbedrijf Top Craft te ontmantelen en over te gaan tot separate uitvoering van de WSW door de drie afzonderlijke gemeenten. Als gevolg van deze beslissing is in de jaarrekening 2011 van Top Craft BV en het Gr-Wot een voorziening "Herstructurering/ontmanteling" gevormd van € 8,3 miljoen ter dekking van toekomstige kosten die verband houden met de herstructurering. Voor Losser resulteerde dit tot het vormen van een voorziening ter hoogte van € 2,6 miljoen. De mutaties zijn tot en met 2017 verwerkt. De stand van het Losserse deel van de voorziening bedraagt € 382.000. De herstructureringskosten bestaan voor een groot deel uit wachtgeldregelingen en reïntegratiekosten. De wachtgeldregeling heeft een duur van vijf jaar. De mutaties in de herstructureringskosten zijn ingeschat en leiden tot een jaarlijkse daling van deze voorziening.

Bestuur en Dienstverlening

Voorziening pensioenen wethouders 
Op grond van BBV dient voor de pensioenverplichtingen, die de gemeente Losser heeft tegenover bestuurders en oud-bestuurders dan wel tegenover hun nabestaanden, een voorziening te worden gevormd. Op basis van actuariële berekeningen wordt er jaarlijks beoordeeld of deze voorziening nog toereikend is. Uitkeringen van de pensioenen vinden jaarlijks plaats uit de voorziening en via de exploitatie wordt deze voorziening aangevuld tot de noodzakelijke omvang.

Voorziening uitstroom personeel 
Door uitstroom van een personeelslid is er een personele verplichting ontstaan tot en met 2021. Jaarlijks vindt er een uitkering plaats uit deze voorziening.

4.5. Incidentele baten en lasten

Specificatie incidentele baten en lasten

2019

2020

2021

2022

Specificatie lasten 

 

 

 

 

Programma Sociaal

 

 

 

 

Nieuwbouw Sportvoorziening tijdelijke huisvesting

40

-

-

-

Actieprogramma Recreatie en Toerisme

30

-

-

-

Bijzondere bijstand

100

100

-

-

Incidentele subsidies

43

-

-

-

Inzet subsidieverstrekking

9

-

-

-

Compensatie sportverenigingen

20

-

-

-

Programma Fysiek

 

 

 

 

Transitiekosten ODT

77

-

-

-

Flankerend beleid Centrum

100

-

-

-

Woonvisie 2020

25

25

-

-

Risici onderhoud en vervangingsplan Civiele techniek

60

-

-

-

Nota kapitaalgoederen Openbare Ruimte

30

-

-

-

Programma Bestuur en dienstverlening

 

 

 

 

Organisatie verkiezingen

50

-

25

 

Inzet burgerparticipatie

40

40

20

 

Dekking Ipads / burg.particip.

-

12

12

12

Extra kosten taxaties GBT

50

50

-

-

M.I.P. ontbrekende vervangings investering

48

-

-

-

Doorontwikkeling P&C-cyclus

25

-

-

-

Tijdelijke uitbreiding applicatiebeheer

35

35

-

-

Formatie communciatie

23

 

 

 

Totaal incidentele lasten

805

262

57

12

 

 

 

 

 

Specificatie baten 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Totaal incidentale baten

0

0

0

0

Totaal incidentele baten en lasten

805

262

57

12