Inleiding

Losser, 27 september 2021

Voor u ligt de Programmabegroting 2022 (PB2022) van de gemeente Losser. Op 6 juli 2021 heeft de gemeenteraad besloten in te stemmen met de Voorjaarsnota 2021 (VJN2021). In die nota zijn de beleidsmatige en budgettaire keuzes gemaakt. De raad heeft besloten tot het honoreren van bestuurlijke prioriteiten en prioriteiten die nodig zijn om het huidige niveau van dienstverlening vast te houden en om de bedrijfsvoering op peil te houden. Bij het opstellen van de PB2022 was deze besluitvorming maatgevend.

Financieel perspectief

Zoals hiervoor aangegeven, is bij het opstellen van de begroting in financiële zin uitgegaan van de besluitvorming van de gemeenteraad bij de Voorjaarsnota. Het volgende is nog belangrijk. Overeenkomstig de bestaande afspraken is de zogenoemde meicirculaire van het gemeentefonds niet bij de besluitvorming over de Voorjaarsnota betrokken. Wel is op 22 juni 2021 een raadsinformatie over dit onderwerp aan de raad gestuurd. In de voorliggende begroting is de meicirculaire wel financieel vertaald.

Afgezet tegen de Algemene risicoreserve is het weerstandsvermogen van Losser onverminderd robuust (in 2022 5,1 ten opzichte van de door de raad bepaalde minimale bandbreedte van 1,4 tot 2,0).

Voorgesteld wordt om de algemene belastingen (onroerende zaak-, woonforensen-, toeristenbelasting) te corrigeren voor de inflatie. De Hondenbelasting wordt in 2022 afgeschaft. De raad heeft gekozen voor 100% kostendekking voor de retributies riool- en reinigingsheffing. Ook voor 2022 is het gelukt om de tarieven van de algemene belastingen alleen met een prijs- en loonindex te laten stijgen.

De financiële verhouding tussen rijk en gemeenten is in beweging. De herverdeelvoorstellen van de minister pakken slecht uit voor onze gemeente. Een nadeel van ruim € 1,3 miljoen structureel dreigt. Aan de andere kant zijn er ook mogelijke voordelen. Daarbij is te denken aan een hogere uitkering in de tekorten van het Sociaal domein (jeugd). Andere potentiële voordelen zijn het terugdraaien/bevriezen van:

1) de zogenoemde ‘opschalingskorting’. Dit is een aan gemeenten opgelegde bezuiniging, in de veronderstelling dat herindelingen tot gemeentelijke besparingen gaan leiden.

2)  het abonnementstarief binnen de Wmo. Het vaste tarief voor de eigen bijdragen aan Wmo-voorzieningen heeft vanaf 2020 geleid tot een aanzuigende werking en daarmee tot hogere kosten voor de gemeente.

Evenals bij de Voorjaarsnota kiezen we hierin voor een neutrale insteek. In de voorliggende begroting houden we voor het meerjarenbeeld (de jaren 2023 tot en met 2025) geen rekening met mee- of tegenvallers, omdat deze zich ten opzichte van elkaar redelijk in evenwicht lijken te houden.