Voor u ligt de Voorjaarsnota 2019 t/m 2023 van de gemeente Losser. In 2018 heeft de gemeenteraad besloten om de voormalige Kadernota (meerjarenperspectief) en Bestuursrapportage (de begrotingsuitvoering) te integreren tot de Voorjaarsnota. Voordeel hiervan is dat de begrotingsuitvoering over 2019, de beleidsmatige meerjarige ontwikkelingen en het financieel perspectief 2020 t/m 2023 in samenhang met elkaar bekeken worden.
In de Voorjaarsnota worden de beleidsmatige en budgettaire piketpalen geslagen, in de opmaat naar de Programmabegroting 2020. In de voorliggende Voorjaarsnota leggen we de gemeenteraad vanaf de jaarschijf 2021 een structureel sluitend meerjarenperspectief voor. Zoals aangekondigd bij de Programmabegroting 2019, doen we ook een voorstel om het tarief van de Hondenbelasting in fases, substantieel te verlagen: tot een halvering in 2023. Daarnaast doen we de nodige voorstellen voor het honoreren van noodzakelijke prioriteiten, wensen en tot het doen van investeringen.
Trends en ontwikkelingen
In het vervolg schetsen we trends en ontwikkelingen die zich voordoen en waar Losser mee krijgt te maken.
We willen een goed gevoel hebben bij wat er in de samenleving leeft en daarover het gesprek aangaan met burgers, bedrijven, bezoekers en vele partners. Dat doen we door bijvoorbeeld het vormgeven van burgerparticipatie, het organiseren van themabijeenkomsten en het bieden van kaders voor “right to challenge”. Maar vooral ook door het voeren van de dialoog over onderwerpen die de samenleving raken: rechtstreeks, via adviesorganen als de Participatieraad en via verenigingen en (maatschappelijke) organisaties.
Een van de belangrijke gespreksonderwerpen is de vergrijzing van de gemeenschap. We zien de komende tien jaar nog een lichte groei en daarna neemt de vergrijzing relatief sterk toe. En dat heeft zijn effect op beleidsonderwerpen zoals (mantel)zorg en wonen.
Op dit moment laten we onderzoek uitvoeren naar de toekomstige woonbehoefte van onze gemeenschap en naar de duurzaamheid en aanpasbaarheid van de woonvoorraad. Daarbij krijgen we tevens te maken met de aanstaande nieuwe provinciale woningbouwafspraken welke naar verwachting zullen leiden tot verminderde mogelijkheden van woningbouw. Daarbinnen willen we ruimte creëren voor mogelijkheden van woningbouw waarbij iedere woning 'raak' moet zijn en we, als sprake is van een aantoonbare behoefte, ook daadwerkelijk willen kunnen bouwen voor die behoefte.
Tegelijkertijd streven we er naar om de kwaliteit van de gemeente als woongemeente uit te dragen. Het is prachtig wonen en recreëren in onze gemeente door de aanwezigheid van een aantal unieke landschappelijke kenmerken welke door de inzet van agrariërs en partijen als Waterschap, Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten bijdragen aan het bijzondere woonklimaat. Dat doen we door bijvoorbeeld te blijven investeren op landschapsontwikkeling, door agrariërs te ondersteunen via ervenconsulenten en door de infrastructuur goed te onderhouden. Wij zijn bezig met het ontwikkelen van specifiek op het buitengebied gericht beleid om er voor te zorgen dat het buitengebied behouden blijft voor nu en voor de toekomst.
De Omgevingswet vormt het nieuwe kader voor het vormgeven van het beleid op het terrein van de fysieke leefomgeving. We hebben een programmaplan opgesteld om er voor te zorgen dat we in samenspraak met de samenleving komen tot een gedragen visie op onze fysieke leefomgeving. In de tweede helft van dit jaar starten we daarvoor met het vormgeven van de omgevingsvisie.
Op allerlei niveaus zijn en worden in de komende jaren afspraken gemaakt die bijdragen aan een duurzame leefomgeving. Gezamenlijk met de vier Noordoost Twentse gemeenten werken we aan het doel om in 2023 20% duurzame energieopwekking (warmte en elektriciteit) te realiseren. Losser heeft in haar coalitieakkoord afgesproken dit percentage in 2022 al te willen realiseren. Ook de gemeenteraad van Losser heeft eigen ambities geformuleerd en neergelegd in de Duurzaamheidsvisie Losser. De Toekomstvisie Duurzaam Losser 2040 richt zich inhoudelijk op vijf hoofdthema’s. In de dynamische uitvoeringsagenda, die ter concretisering van de Toekomstvisie is vastgesteld, zijn ongeveer 40 duurzame projecten opgenomen. Deze worden de komende jaren verder uitgewerkt. De uitvoeringsagenda wordt voortdurend geactualiseerd. Daarnaast is in het Klimaatakkoord afgesproken dat elke gemeente uiterlijk in 2021 een transitievisie warmte moet hebben opgesteld. Daarin is per wijk vastgelegd hoe en wanneer de wijk wordt verduurzaamd. Deze transitievisie wordt in NOT-verband voorbereid en uitgewerkt.
De gemeente Losser heeft in de openbare ruimte veel infrastructurele kapitaalgoederen als bijvoorbeeld gebouwen, wegen, gebouwen, openbare verlichting, riolering en groen. Deze elementen zijn van directe invloed op het gevoel van tevredenheid, vanwege de invloed op het woon, leef- en werkklimaat van inwoners en bezoekers. Daarnaast is het belang van goed beheer en onderhoud van kapitaalgoederen groot, omdat dit een aanzienlijk financieel beslag op onze begroting legt. De toezichthouder (provincie) eist dat de budgetten aantoonbaar groot genoeg zijn om het beleid van onze gemeente uit te kunnen voeren.
Het sociaal domein drukt een zware stempel op de financiële ruimte van de gemeente Losser, waardoor andere ontwikkelingen in het gedrang (kunnen) komen. Om meer regie te krijgen op de zorgkosten, zijn we met pilots gestart, waarvan enkele zich inmiddels hebben bewezen. Deze pilots hebben dan ook een structureel karakter gekregen. Zodoende proberen we antwoorden te krijgen op de maatschappelijke ontwikkelingen die op ons af komen. Denk aan 'vergrijzing' en de hiermee samenhangende vraagstukken als: een groter aantal mensen dat langer zelfstandig thuis blijft wonen en de grotere druk bij de mantelzorgers en op de gemeentelijke zorginzet.
De groep mensen, die we naar werk of maatschappelijke participatie begeleiden door uitbreiding van gemeentelijke taken voor begeleiding van mensen met een arbeidshandicap en voor statushouders (nieuwe wet Inburgering in 2021), groeit. Extra 'uitdaging' is dat de financiële compensatie nog niet duidelijk is.
Bij de jeugd zien we landelijk een stijging van 12% van de zorgbehoefte. In Losser is deze groei vooralsnog minder explosief maar is er ook sprake van een toename.
Tevens zetten we nadrukkelijk in op de saamhorigheid van de samenleving en daarmee in de eigen kracht van de gemeenschap. Die sociale cohesie zorgt voor een grotere mate van zelfredzaamheid. Dat stimuleren we door het (laten) realiseren van algemene voorzieningen, door initiatieven met subsidies te ondersteunen en dorpsraden in hun kracht te zetten. Vitaliteit van de samenleving is gebaat bij een goed verenigingsleven en goede faciliteiten waar liefhebbers van sport, cultuur, historisch erfgoed en anderszins elkaar kunnen treffen en elkaar kunnen versterken.
Ter afsluiting van deze inleiding nog het volgende. Met de Voorjaarsnota wordt een zo actueel mogelijk beeld gegeven van de inhoudelijke en financiële (meerjarige) ontwikkeling van de gemeente Losser. Voor een goede ambtelijke en bestuurlijke voorbereiding van de nota, zijn ontwikkelingen die na 15 april 2019 bekend zijn geworden, niet doorgerekend. Dit betekent ook dat de zogenoemde Meicirculaire van het Gemeentefonds buiten beschouwing is gelaten. Daarin wordt onder meer verwerkt de in bestuurlijk Nederland breed gedragen verwachting dat het rijk extra financiële compensatie zal bieden voor de hoge kosten van de jeugdzorg en de inschatting dat het accres van de gemeentefondsuitkering wordt gekort vanwege 'onderuitputting' bij het rijk (de budgetten zijn niet 'opgemaakt'). Volledigheidshalve wordt verwezen naar bijlage 1, waarin de algemene uitgangspunten zijn aangeven die ten grondslag liggen aan voorliggende Voorjaarsnota.
Planning behandeling
Leeswijzer
In het volgende hoofdstuk, hoofdstuk 2, treft u het geactualiseerde meerjarenperspectief 2019-2023. Als uitgangspunt is het meerjarenperspectief uit de Begroting 2019 genomen. Vervolgens zijn de financiële consequenties verwerkt van de voorstellen die wij in deze Voorjaarsnota aan de raad doen. In de daarop volgende hoofdstukken 3 tot en met 5 worden de ontwikkelingen verder toegelicht.
In hoofdstuk 3 is het Financieel middelenkader gepresenteerd. Hierin lichten wij het totaaloverzicht van het middelenkader van het huidig kalenderjaar en de komende vier jaren toe.
In hoofdstuk 4 worden de beleidsmatige en financiële afwijkingen behandeld die onuitstelbaar en onontkoombaar (O&O) zijn. De peildatum is 15 april 2019. De definitieve verantwoording over het jaar 2019 vindt plaats in de Jaarrekening 2019.
In hoofdstuk 5 geven wij een overzicht van wensen. In dit hoofdstuk doen we een voorstel voor de te honoreren wensen, deze worden toegelicht per programma. Ook geven wij hier een toelichting op de nog uitstaande wensen: de hier geschetste ontwikkelingen zijn vanuit het beleid wenselijk, maar binnen het financieel perspectief hebben we hier nog geen dekking voor gevonden.
In de eerste bijlage vindt u de uitgangspunten voor deze Voorjaarsnota 2019 t/m 2023. In de tweede bijlage geven wij een overzicht van de in deze Voorjaarsnota 2019 t/m 2023 verwerkte (nieuwe) investeringen, ook hier weer onderverdeeld naar onontkoombaar en wens.